Afgelopen week maakte ik wat aantekeningen over zaken in Congo die ik een half jaar geleden nog heel vreemd, triest of bijzonder vond en waar ik inmiddels, ik zou zeggen jammer genoeg, aan gewend bengeraakt. En de bommen en granaten rond Goma wennen helaas ook, niet alleen voor mij, maar kennelijk voor heel veel mensen in de wereld. Ik zal dat uitleggen. Maar eerst een paar ‘alledaagse voorbeelden’.
Als ik nu bij de grens moet zijn, kijk ik er helemaal niet meer van op dat geen van de bagage handlers het in zijn hoofd haalt om een rolkoffer ook te rollen. Nee hoor, die gaan allemaal gewoon op het hoofd. Alleen maar lastig, die wielen! Ook valt het mij niet meer op wat er allemaal achter op een taxibrommer wordt vervoerd: een vrouw met een enorme platte mand met gedroogde visjes op haar hoofd, een varkensbeen aan de bagagedrager gesnoerd, een kledingkast overdwars vastgebonden, een passpiegelverticaal omhooggestoken, gestapelde bakstenen, zakken houtskool, balen cassavebladeren, drie personen achter de berijder, verzin het maar. Het doet mij niets meer als ik een taxibusje zie waar 20 passagiers in zitten, als haringen in een ton. Ik vind het inmiddels normaal dat er dan ook nog 3 jongens achter op de bumper staan. Wat helaas ook begint te wennen is die vrouw in een rolstoel die door twee jonge meisjes over lavabrokken wordt voortgesleept: daar kan rollen ook inderdaad echt niet! Zijn het haar dochtertjes die die zware taak kregen toebedeeld? Geen drinkwater uit de kranen, geen etmaal-temperaturen onder de 17 graden, geen enkel voertuig dat in Nederland door de APK-keuring zou komen, Congolese collega’s die lachen en zich nauwelijks ergens aan storen en dan de laatste dagen ook het lawaai van granaten, wat heel beperkt indruk bij mij maakt. Ik merk het bij mezelf: alles went, ik relativeer meer dan voorheen en tegelijk vind ik dat jammer.
En nu het bruggetje naar de recente ontwikkelingen op veiligheidsgebied, waar ook de Nederlandse media uitgebreid aandacht aan geven: M23-opstand aan de poorten van Goma! De gewapende groep heeft aanzienlijke vooruitgang geboekt en omsingelt mijn woonplaats Goma, stad met ongeveer 2 miljoen inwoners en regionaal knooppunt voor veiligheids- en humanitaire inspanningen. Paniek verspreidde zich donderdag in de belangrijkste stad van Oost-Congo. Er werden bommen gehoord in de verre buitenwijken en honderden gewonde burgers werden vanuit de gevechtszones naar het centrale ziekenhuis gebracht. De capaciteit van het Ndosho-ziekenhuis in Goma wordt tot het uiterste opgerekt, met honderden nieuwe gewonden. Duizenden burgers ontsnapten woensdag per boot aan de gevechten, baanden zich een weg over het Kivumeer en stroomden uit volgepakte houten boten in Goma, sommigen met bundels van hun bezittingen om hun hoofden gebonden. We horen het en we lezen het, we schrikken ervan, we vinden het vreemd, triest en bijzonder, maar helaas, we wennen er ook aan!
Sinds de M-23 rebellen in 2022 de wapens weer hebben opgepakt, zijn al honderden burgers omgekomen en zijn meer dan 7 miljoen Congolezen binnen de eigen landsgrenzen op de vlucht. Meer dan de helft van de ontheemden is kind. Op dit moment is 1 op de 4 mensen in het land afhankelijk van humanitaire hulp.De militaire rebellengroep is er nog nooit in geslaagd zoveel terrein te winnen, meldt persbureau Reuters.De blauwhelmen van de UN-vredesmacht Minusco ondersteunen samen met Zuid-Afrikaanse militairen de Congolese troepen.
Hoe zit het ook weer in dat ingewikkelde conflict? De oorlog tussen DR Congo en de rebellengroep M23 (etnische Tutsi’s) sleept zich al dertig jaar voort, sinds het einde van de genocide in Rwanda. Eind 2021 sloeg de vlam in de pan na een handelsverdrag tussen Oeganda en de DRC. Rwanda vreesde dat het verdrag tussen die landen het einde zou betekenen van zijn toegang tot de Congolese bodemschatten. Sindsdien zijn er tal van bewijzen dat Rwanda de M23-militie gebruikt om controle te houden over de illegale handel van kostbare grondstoffen. De Rwandese regering ontkent alle beweringen, maar gaf vorig jaar toe dat het troepen en raketsystemen in Oost-Congo heeft om zijn veiligheid te waarborgen, wijzend op een opbouw van Congolese troepen in de buurt van de grens.
Congolese mineralen kunnen overal in zitten, van telefoons, microchips, batterijen, Tesla’s tot windmolens en waterpompen en hoewel analisten spreken van een regionaal conflict, profiteren landen en bedrijven er wereldwijd van. Volgens president Tshisekedi gebruikt ook Apple bloedmineralen (wat het bedrijf ontkent) en ook EU-landen kopen mineralen uit Rwanda, waarvan niet kan worden uitgesloten dat ze uit DRC komen. Dat vindt onder meer de Belgische Europarlementariër Marc Botenga onverteerbaar. Hij liet zich vorig jaar mei al kritisch uit over een EU-handelsdeal met Rwanda voor grondstoffen die nodig zijn voor de Europese energietransitie: ‘We zeggen eigenlijk dat het prima is wat Rwanda doet. We kijken er niet echt vreemd van op. Ook hier kunnen we constateren dat we er niet echt van wakker liggen. Ach, het went nietwaar?
Hoewel de Congolese regering in Kinshasa, op ruim 1500 kilometer van Goma, klaagt over misgelopen inkomsten, doet die volgens critici weinig tegen het geweld in de oostelijke provincies. Je zou denken dat president Tshisekedi door het aanhoudende conflict steun verliest, maar zelfs in de vluchtelingenkampen in Kivu stemmen mensen nog steeds op hem. Dat komt omdat hij de geweldsspiraal in het oosten kan wijten aan Rwanda. Zolang het geweld hoofdstad Kinshasa niet bereikt, zal er weinig veranderen. Er zijn zoveel mensen die aan de situatie verdienen, in Rwanda en Oeganda, maar zeker ook in Kinshasa en Kivu. Er is maar één groep die er niets aan verdient en dat is de bevolking. Inmiddels kent iedereen wel iemand die is vermoord of verdwenen. Mensen zitten voor de derde of vierde keer in hun leven in hetzelfde vluchtelingenkamp. Elke keer als je denkt dat het tijd is voor vrede en verzoening, laait het geweld weer op. Er is nog hoop, maar zonder inspiratie dooft ook hoop uiteindelijk uit.
Terwijl ik de artillerie in de verte hoor donderen en we zojuist besloten hebben morgenvroeg te evacueren naar Rwanda, raad ik jullie in dit verband het volgende ten stelligste af: “wen er maar aan…!”.
Plaats een reactie